Wat te doen met de spaartax (XI)
Nieuws - 10 augustus 2022

Wat te doen met de spaartax (XI)

In ons bericht van 20 juli 2022 hebben we melding gemaakt dat de Belastingdienst is begonnen met het uitvoeren van het rechtsherstel en het afwikkelen van de openstaande aangiften inkomstenbelasting met een box 3 element en dat de Belastingdienst het rechtsherstel gaat uitvoeren op basis van een zogenaamde “forfaitaire spaarvariant”.

In zijn kerstarrest heeft de Hoge Raad een vorm van rechtsherstel geboden door in die zaak te oordelen dat alleen het werkelijke vermogensrendement mocht worden belast. Dit betekent niet dat de compensatie voor andere belastingplichtigen alleen op dat werkelijke rendement gebaseerd kan en mag worden. De Hoge Raad heeft opgemerkt dat de omvang van deze compensatie naar redelijkheid moet worden vastgesteld. De precieze invulling van die redelijkheid in een concrete zaak is voorbehouden aan de rechtbanken en de gerechtshoven. 

De verwachting is dat er nieuwe procedures gaan ontstaan omtrent de invulling van het begrip redelijk en daarom kan het raadzaam zijn om opnieuw in bezwaar te gaan tegen box 3.

Feit is namelijk dat er nog steeds wordt uitgegaan van een gemiddeld rendement van alle belastingplichtigen in plaats van het rendement van de individuele belastingplichtige zelf. Dat laatste kan dus in de praktijk veel slechter uitpakken dan het eerste en dat geeft dan aanleiding (wederom) in bezwaar te gaan onder verwijzing naar het oordeel van de rechter dat de omvang van de compensatie naar redelijkheid moet worden vastgesteld.

En ook bij de nieuwe vermogensmix wordt te weinig onderscheid gemaakt onder bijvoorbeeld de categorie effecten. Dat kan bestaan uit enerzijds aandelen, maar anderzijds ook obligaties. En het rendement van beide categorieen kan verschillend zijn.

Vervolgens wordt uitgegaan in de vermogensmix van een gemiddeld rendement over een langere periode zonder rekening te houden met het rendement van het jaar waarvoor aangifte is gedaan.

Als een belastingplichtige een 2e woning heeft die niet wordt verhuurd, wordt er met de nieuwe vermogensmix een rendement verondersteld die er in de praktijk niet is.

Belastingplichtigen met grond in box 3 dat verpacht wordt, behalen zeker geen rendement zoals dat nu in de vermogensmix wordt verondersteld.

Een belastingplichtige met schulden in box 3 met daarbij een forse rentecomponent loopt eveneens tegen de veronderstelde rentecomponent aan in de vermogensmix. Die gaat slechts uit van een rente over bijvoorbeeld 2021 van 2,46%.

Neem contact met ons op als u wilt dat wij dat gaan verzorgen.