Het moment is daar. Je moeder - of jijzelf, als de jaren inmiddels rijkelijk geteld zijn - verhuist naar een warm verpleeghuis. Een plek met zorg, gezelschap, en hopelijk een goede kop koffie. Maar behalve dozen uitpakken, familieleden geruststellen en wennen aan een nieuw bed, verandert er nog iets: de portemonnee krijgt het te verduren.
Want wie intramurale zorg ontvangt via de Wet langdurige zorg (Wlz), betaalt een eigen bijdrage. En dat is er niet eentje die je spontaan doet glimlachen. Tijd om even in te zoomen op die bijdrage, en vooral op de vraag: kun je daar nog iets aan doen?
De rekensom begint... twee jaar geleden
Voor het bepalen van de hoogte van de eigen bijdrage, kijkt het CAK - het Centraal Administratie Kantoor, de rekenmeesters van zorgbijdragen - naar jouw verzamelinkomen van twee jaar terug. Dus verhuis je in 2025 naar een verzorgingshuis, dan rekent het CAK met je inkomensgegevens van 2023. Ook als je sindsdien alleen nog van de rente op je spaarrekening leeft.
Wat telt allemaal mee?
- Box 1: Inkomen uit werk, pensioen of AOW
- Box 2: Inkomen uit een aanmerkelijk belang (je eigen bv bijvoorbeeld)
- Box 3: Vermogen, zoals spaargeld of beleggingen
Er is overigens een grens: in 2025 bedraagt de maximale eigen bijdrage € 2.954,40 per maand. Dat is fors, maar hoger wordt het niet. Je vermogen telt pas mee als het boven de vrijgestelde grens uitkomt: € 33.748 als je alleenstaand bent, of € 67.496 met een partner (bedragen voor 2025).
Let op: vaak gaat er een wachttijd van gemiddeld een jaar aan vooraf waarin je al bent ingeschreven voor zorg vanuit de Wlz, terwijl je nog thuis woont. In die periode gaat de eigen bijdrage al in, waarvan de hoogte afhankelijk is van de vorm van zorg die je ontvangt. Die bijdrage valt meestal wat lager uit, omdat je nog gewoon je eigen woonlasten betaalt. Overweeg op tijd welke vorm van zorg het beste past bij jouw situatie - ook financieel.
Minder vermogen, minder betalen
Hier komt het interessante deel: als je vermogen lager is, betaal je minder. Dus hoe verlaag je dat vermogen? Tijd voor wat creatief fiscaal denken.
Optie 1: Elk weekend uit eten
Je kunt jezelf op een Bourgondisch pensioen trakteren: oesters op vrijdag, truffelpasta op zaterdag en een brunch met bubbels op zondag. Niet alleen goed voor de smaakpapillen, maar ook voor de vermogensafbouw.
Optie 2: Alles weggeven
Wil je je (klein)kinderen een vliegende start geven? Dan kun je ook gewoon schenken. Let op: dit verlaagt niet alleen je eigen bijdrage, er moet misschien wel schenkbelasting worden betaald. Tenzij je binnen de vrijstellingen blijft. En als je dacht slim te zijn door op je sterfbed een ton weg te geven: de wetgever kijkt 180 dagen terug bij het bepalen van de schenkbelasting.
Optie 3: Stop je geld in een spaargeld bv
Voor wie iets zakelijker is ingesteld: je kunt je vermogen onderbrengen in een besloten vennootschap (bv). Over het rendement van dat vermogen betaal je vennootschapsbelasting (op dit moment 19% tot € 200.000), maar het mooie is: het vermogen in de bv telt niet mee voor de berekening van de eigen bijdrage voor de Wlz.
Klinkt aantrekkelijk? Vergeet dan niet:
- Je betaalt oprichtingskosten
- De administratie moet worden bijgehouden
- En er zijn jaarlijkse kosten voor het op laten stellen van de jaarrekening en aangifte vennootschapsbelasting
Maar het kan fiscaal aantrekkelijker zijn dan sparen op een privérekening. We rekenen het graag voor je uit.
Terug naar de fictieve werkelijkheid
Neem Willem en zijn moeder Els. Willem heeft net de verkoop van haar huis geregeld: een bescheiden paleisje in Vaassen bracht € 600.000 op. Dat bedrag komt nu vrij als spaargeld. Maar als dat vermogen gewoon op haar naam blijft staan, naast een pensioen van € 24.000 dan mag Els straks een kleine € 2.909 per maand betalen. Dat is ruim meer dan haar AOW. Een schrale troost: er blijft nog een klein bedrag over voor zak- en kleedgeld.
Willem besluit daarom een bv op te richten: Els Holding B.V. Het geld wordt erin gestopt, en voortaan betaalt de bv belasting over de renteopbrengsten, maar het spaargeld telt niet meer mee voor de eigen bijdrage. Slim, toch?
Conclusie: fiscaal verantwoord verhuizen
De eigen bijdrage voor de Wlz kan stevig uitpakken, zeker als je over een aardig vermogen beschikt. Gelukkig zijn er manieren om dat vermogen te verlagen – van gezellig uit eten tot het oprichten van een bv.
Dus verhuis je binnenkort, of verhuist je moeder? Begin op tijd met plannen, laat je goed adviseren, en onthoud: een goede maaltijd, een warme familieband én een fiscaal slimme strategie zijn misschien wel de beste ingrediënten voor een fijne oude dag.
Tot slot: alvast wat vragen om over na te denken
Misschien zit je nu met een aantal praktische vragen. Om je op weg te helpen met plannen, zetten we er hieronder een paar op een rij. Wil je hier meer over weten of bespreken wat dit voor jouw situatie betekent? Neem gerust contact op met een van onze adviseurs.
Om je alvast een kleine start te geven met plannen zijn dit een aantal vragen die je kunt hebben en als je antwoord hierop wilt, kun je contact opnemen met een van onze adviseurs:
- Wat kan een levenstestament voor mij betekenen? Zie ons artikel Beschik je al over een levenstestament?
- Ik heb een eigen woning die nog verkocht moet worden. Hoeveel tijd heb ik daarvoor?
- Wanneer telt de verkoopopbrengst mee voor de berekening van de Wlz-bijdrage?
- Wat als mijn partner in de eigen woning blijft wonen en ik nu naar een verpleeghuis moet?
- Ik heb geen testament en dus ook geen Wlz-clausule, is dat een probleem?
- Valt particuliere woonzorg ook onder de Wlz-bijdrage, of werkt dat anders?
- Mag ik nog schenken nu een opname in zicht komt?
- Kan ik kiezen voor een ander peiljaar voor de berekening van de eigen bijdrage?
- Maakt het uit bij wie de gemeenschappelijke vermogensbestanddelen zijn aangegeven?
- Ik heb vermogen in het buitenland – telt dat ook mee voor de Wlz-bijdrage?
- Is het fiscaal verstandig om mijn vermogen nu al deels over te dragen aan mijn kinderen? Zie ons artikel Wat houdt estate planning in?