Wat zijn de regels om een voorziening op te voeren
Nieuws - 28 augustus 2020

Wat zijn de regels om een voorziening op te voeren

 

De Hoge Raad heeft in het zogenaamde Baksteenarrest haar standpunt verwoord met betrekking tot de voorwaarden voor het vormen van fiscale voorzieningen.

In dit arrest heeft de Hoge Raad geoordeeld dat bij de bepaling van de winst voor een zeker jaar ter zake van toekomstige uitgaven een passiefpost mag worden gevormd, indien die uitgaven:

1.    hun oorsprong vinden in feiten of omstandigheden, die zich in de periode voorafgaande aan de balansdatum hebben voorgedaan;

2.    er een redelijke mate van zekerheid bestaat dat zij zich zullen voordoen; en

3.    ook overigens aan die periode kunnen worden toegerekend.

Voorwaarde 1 betekent dat het kostenveroorzakend feit zich voor de balansdatum moet hebben voorgedaan.

Voorwaarde 2 houdt in dat er per balansdatum een redelijke mate van zekerheid (lees: behoorlijke kans) moet bestaan dat de toekomstige uitgaven zich zullen voordoen.

Voorwaarde 3 houdt in de uitgaven ‘ook overigens’ kunnen worden toegerekend aan de periode tot en met balansdatum.

Als aan deze voorwaarden voldaan is, dient de voorziening per ultimo van ieder boekjaar gewaardeerd te worden. Van belang zijn uitsluitend de feiten en omstandigheden zoals die per balansdatum zijn.