Wat te doen met de Spaartax
Nieuws - 9 februari 2022

Wat te doen met de Spaartax

 

Op 24 december jl. concludeerde de Hoge Raad dat de Belastingdienst de vermogensrendementsheffing (lees: de spaartax) niet mag berekenen op basis van een fictief rendement in het geval het werkelijke rendement lager is.

De uitspraak heeft een grote impact, budgettair en voor de uitvoering. Het arrest geldt ook – tot aanvullende wetgeving ingaat - voor 2021 en verder. Er worden daarom op dit moment geen definitieve aanslagen verstuurd naar mensen met box 3 vermogen.

Wat nu te doen met reeds onherroepelijk vaststaande aanslagen? Als je alsnog daar tegen in bezwaar gaat, dus buiten de bezwaartermijn, wordt dat dan aangemerkt als een verschoonbare termijnoverschrijding, omdat in het arrest van de Hoge Raad sprake is van schending van het eigendomsrecht?

Voor verzoeken om ambtshalve vermindering (= bezwaar buiten de termijn van 6 weken) geldt een maximale termijn van vijf jaren. Dus tot eind van dit jaar kan nog een verzoek om ambtshalve vermindering gedaan worden voor 2017. 

Het SRA meent dat, nu de termijn voorlopig nog niet vervalt, het voor de hand ligt te wachten op het standpunt van de staatssecretaris. Is die reactie niet passend, dan kan men een bezwaarschrift indienen, maar dat heeft pas zin als het werkelijke rendement lager is dan het fictieve rendement. HIER treft u een model aan samengesteld door onze beroepsorganisatie RB.

Was het kabinet Rutte IV al voornemens in 2025 het werkelijke rendement op vermogen te belasten, is het de vraag of dit nu met de uitspraak in het achterhoofd naar voren wordt gehaald en of dat ook technisch haalbaar is dan wel er noodwetgeving moet komen. Het wordt een spannende tijd wat dit aangaat.