Een vaste inrichting of toch maar een BV
Nieuws - 4 maart 2021

Een vaste inrichting of toch maar een BV

Het komt regelmatig voor dat een buitenlandse onderneming activiteiten in Nederland gaat ontplooien.

De vraag die dan gesteld moet worden, is wat er moet gebeuren met de resultaten die met deze activiteiten in Nederland behaald wordt. De kernvraag is dan of er sprake is van een zogenaamde vaste inrichting.

Wat is een vaste inrichting?
Een vaste inrichting is een bedrijfsruimte in Nederland van een buitenlandse onderneming, die over voldoende faciliteiten, zoals personeel en technisch materiaal, beschikt om als zelfstandige onderneming te functioneren. Vanuit de vaste inrichting worden goederen of diensten geleverd. Voorbeelden van een vaste inrichting zijn:

  • een winkel of een andere vaste verkoopgelegenheid;
  • een werkplaats of een fabriek met kantoor.

Er is geen sprake van een vaste inrichting bij bijvoorbeeld alleen een opslagruimte of goederendepot. Ook ondersteunende taken zoals administratie, onderzoek, reclame, verrichten van testen en het verstrekken van inlichtingen, vallen niet altijd onder het begrip vaste inrichting.

Heffingsbevoegdheid bronstaat
Als er aldus sprake is van een vaste inrichting van de buitenlandse onderneming in Nederland, dan is het zaak te kijken naar het Belastingverdrag dat Nederland met dat land heeft gesloten en daar zal dan in staan dat de staat waar de activiteiten worden verricht (lees: de bronstaat zijnde in dit voorbeeld Nederland) de bevoegdheid heeft om belasting te heffen over de winst die behaald wordt met de vaste inrichting. En de woonstaat moet dan een vermindering verlenen ter voorkoming van dubbele belasting van dat deel. Per saldo ontstaat er dan belastingplicht in twee landen voor de vennootschap met de vaste inrichting.

Aandachtspunten
Een belangrijk element is natuurlijk wat nu de vaste inrichting winst is. Hanteren beide staten in dit geval hetzelfde criterium? Wordt er wel zakelijk gehandeld met het hoofdhuis? Wordt het at arm’s-length- beginsel wel goed toegepast of wordt dat opgerekt? Is het niet beter gelijk een aparte vennootschap op te richten (een BV bijvoorbeeld in het voorbeeld) om discussies zoveel als mogelijk te vermijden. Voordeel van een BV is dat deze dan een zelfstandige entiteit is en zelf verantwoordelijk en aansprakelijk is voor haar handelen. Voordeel is dan ook dat de entitieit waarmee u handelt niet in twee landen belastingplichtig is.

In geval van een vaste inrichting is er geen zelfstandige entiteit en is de buitenlandse onderneming daarvoor aansprakelijk. En als u zaken doet, doet u dan liever zaken met een vaste inrichting die eigendom is van een buitenlandse onderneming of toch met een apart daarvoor opgerichte BV die u dan ook (makkelijker) kan aanspreken.